maandag 13 januari 2014

6.HRM: Triodos bank dankbaar voor TB-taak







Triodos bank beloont Fontysstudent Technische Bedrijfskunde.
























foto: Thijs voor hoofdingang Triodosbank

Bachelor student Thijs Lemmens moest in het kader van het vak Personeelsmanagement in project 5/6 nog een bijbehorende taak uitvoeren. De taak bestond uit het beoordelen van een Sociaal Jaarverslag van een Nederlandse onderneming naar keuze.
Tijdens de lessen is ingegaan op het belang van personeelsmanagement voor het functioneren van een organisatie en een jaarverslag is daar de bekroning van.

In een jaarverslag wordt over de verschillende aspecten van het personeelsbestand gerapporteerd zoals groei of afname van hoeveelheid personeel en wijzigingen in samenstelling van het personeel naar geslacht, leeftijd, fulltime/ parttime functies etc.
Een Jaarverslag geeft meestal statische personeelscijfers als een momentopname en een terugblik op personeelsuitjes en jubilea. Vaak wordt veel aandacht besteedt aan de opmaak en de vormgeving ondersteund door (blije) foto’s De rapportage wordt professioneler wanneer ook verantwoording wordt afgelegd van het gevoerde personeelsbeleid zoals op het vlak van beloning en scholing/opleiding. Om de kwaliteit van een jaarverslag te beoordelen kun je kijken naar volledigheid, betrouwbaarheid en transparantie. Worden er SMART- of meetbare doelstellingen gehanteerd?

Op basis van deze aanwijzingen en de lesstof heeft Thijs gekozen voor het Sociaal Jaarverslag van de Triodos Bank dat hij op internet vond. Hij was vooral geïnteresseerd in deze “alternatieve, duurzame” bank. Het verslag van deze opdracht is door de docent goedgekeurd en naderhand opgestuurd naar de Triodos Bank ter informatie.

In het Triodosjaarverslag staan zelfs de salarissen van de directie en het overige personeel openlijk genoemd en spreken ze zich ook ferm uit tegen individuele prestatiebonussen. Het salaris van de Directievoorzitter is met € 250.000 nog bescheiden vergeleken met de salarissen van ING voorzitter Hommen met € 1,3 miljoen en Zalm (ABN/AMRO) met € 563.000 Men streeft verder ook naar een “lage” vaste verhouding tussen het hoogste en laagste salaris. Deze bedroeg in 2012 een factor 9,4. Het hanteren van de (ideale) Tinbergennorm zou inhouden dat het verschil maximaal een factor 5 zou mogen bedragen. Ten aanzien van ontslagvergunningen is de Triodos Bank ook sober, want die bedroegen altijd minder dan één jaarsalaris. In het jaarverslag is ook een overzicht te vinden van de in dat jaar bestede opleidingskosten per medewerker in absolute bedragen. Gek genoeg waren die bedragen in 2012 wel 14% lager dan in 2011 zonder dat er een verklaring voor is gegeven. Was dit het beleid??























foto: Entreehal met boomstammen voorzien van “druppels hars” (ooit basismateriaal voor geld)

Korte tijd later kreeg de opleiding een reactie van de PR-medewerkster Astrid van den Bosch dat men blij was met het rapport en deze zou doorsturen naar de HR-afdeling, die belast is met het opstellen van het Sociaal Jaarverslag. Die reageerden enige tijd later door middel van een bericht dat ze Thijs voor zijn inspanning graag een presentje wilden aanbieden. Hij ontving per omgaande het interessante boekje van directievoorzitter Peter Blom getiteld “Het nieuwe bankieren”.












Bovendien werd hij uitgenodigd op het hoofdkantoor in Zeist half januari voor een nader kennismakingsgesprek met de HR-manager Eva Scholte . Zij vertelde dat zij al zes jaar bij de Triodos bank werkte en in de afgelopen jaren het personeel bijna had zien verdubbelen. De bank groeit binnenkort weer uit haar jasje en gaat daarom een nieuw bank gebouw (uitbreiding) realiseren in Zeist. Dat pand moet beschikbaar zijn uiterlijk in 2016. Het huidige hoofdgebouw blijft wel bestaan. In een open gesprek werd het Sociaal Jaarverslag op hoofdlijnen doorgenomen en werd er gevraagd naar onze mening. Omgekeerd gaf Eva toelichting op een aantal beleidspunten.

Als afronding van het bezoek kregen wij nog een rondleiding door het Bankgebouw dat veel duurzame snufjes heeft. Dit vernieuwde kantoorgebouw is gebouwd door architect Thomas Rau en partners verbruikt nauwelijks energie dankzij regenwateropvang en hergebruik via grijswater. Verder ook zonnepanelen, warme/koude-opslag en een lage CO2-footprint vanwege het gebruik van duurzame materialen. Zo zijn de muren van leemstuc en hergebruikte bakstenen. In de kelder is een ondergrondse parkeergarage maar ook fitness- en wasruimten voor het personeel. Werknemers die verder dan 10 km van Zeist af wonen krijgen zelfs een gratis elektrische fiets om naar het werk te komen.


















Thijs heeft door dit alles ontdekt dat schoolopdrachten toch boeiend zijn en ook door organisaties en bedrijven gewaardeerd worden. Studeren is inspirerend en leuk.

5. MVO: The Natural Step


















The Natural Step is een internationale non-profit organisatie, opgericht in Zweden in 1989 door de Zweedse wetenschapper Karl Henrik Robèrt.
The Natural Step is een pionier van de "Backcasting vanuit principes"-aanpak om de samenleving effectief richting duurzaamheid te bewegen.
The Natural Step Framework bestaat uit een aantal stappen:

a. De voordelen van de overgang naar duurzaamheid uitgebreid duidelijk maken.













b. Een duidelijke definitie geven van duurzaamheid inclusief de vier duurzaamheidsprincipes.

















c. Een planningsmethode om richting duurzaamheid te bewegen, door middel van backcasting.

















d. Als laatste een uitgebreid planningsproces om uit te kunnen komen bij duurzaamheid via het ABCD-model.


The Flexible Platform is een dynamische non-profit organisatie die voortbouwt op twee decennia ervaring
van The Natural Step in het helpen van organisaties, bedrijven en individuen om stappen richting duurzaamheid te nemen en leiderschap op dit vlak te ontwikkelen.
Het platform biedt cursussen en coaching aan voor professionals en organisaties die zich verder willen bekwamen in deze duurzaamheidsfilosofie.
Zo heb ik zelf een tweedaagse cursus gevogld in hun kantoor op Strijp S in Eindhoven, de zogenaamde “Duurzaamheidstraining voor Leiders”.
Verder heb ik ook een voorlichtingsavond bijgewoond voor de bestuursleden van de Socialistische Partij(SP) in Eindhoven.


Daarnaast is TFP- adviseur Berend van Aanraad betrokken bij een meerjarig project om de Gemeente Eindhoven verder te helpen met het ontwikkelen van duurzaamheid in al haar activiteiten. Grote groepen ambtenaren krijgen daarvoor cursussen en opdrachten.
Bij de recente landelijke Dag van de Duurzaamheid is Robèrt nog als keynote-spreker in Nederland geweest.


dinsdag 7 januari 2014

4. MVO: Prestatieladder


MVO-certificeringen

Maatschappelijk verantwoord ondernemen is een trend die al ruim een decennium aan de gang is en waar veel grotere ondernemingen zich mee willen profileren. Bij de meeste bedrijven is het besef doorgedrongen dat een zekere mate van duurzaam ondernemen onontkoombaar is. Grondstoffen raken op en fossiele energiebronnen zijn eindig en samen zorgen ze ervoor dat deze belangrijke hulpbronnen steeds duurder worden. Hergebruik, minder verspilling en duurzame bronnen zijn dus puur eigenbelang voor ondernemers. Deze groep van bedrijven richt zich daarbij met name op energie- en milieugebied en probeert de uitstoot van gevaarlijke of vervuilde stoffen zoveel mogelijk te verminderen. In hun doelstellingen vind je dan bijvoorbeeld een halvering van energie- , water- en grondstoffengebruik, CO2- uitstoot of mondiale footprint.

Er zijn ook bedrijven die het accent vooral leggen op de sociale- en maatschappelijke kant van het ondernemen en bijvoorbeeld extra veel investeren in personeelsbeleid of een deel van de winst juist wegschenken aan maatschappelijke doelen (bv voedselbank, ontwikkelingshulp). Een combinatie van beide kan ook door werknemers vrijwilligerswerk te laten doen een paar dagen in de maand. Zo kun je met behulp van machines en materiaal van het bedrijf door het eigen personeel (in hun eigen tijd) kinderspeelgoed laten maken voor arme Oost-Europese scholen. Dat zorgt voor extra betrokkenheid met deze “goede doelen”. Bedrijven realiseren zich zo dat zij behalve een economische ook een sociale-maatschappelijke taak hebben en dat zij iets terug kunnen doen voor de samenleving. Er zijn ook bouwbedrijven (o.a. de BAM) die een aantal van hun beste uitvoerders en opzichters inzetten in Afrika om daar woningen of scholen te bouwen tijdens hun zomervakantie.


Zo ontstaat er een enorme diversiteit aan bedrijfsactiviteiten die allemaal onder de noemer van MVO of duurzaam ondernemen vallen. Dat wekt ook de behoefte op aan uniformiteit. Zo zijn er verschillende visies , methoden en stappenplannen die bedrijven helpen om gestructureerd (en duurzaam!) met MVO om te gaan, die soms ook branche specifiek zijn. Zo heeft de horeca, het hotelwezen en de recreatieparken sector tezamen The Green Key ontwikkeld. Dat is een vorm van MVO-keurmerk met drie te behalen niveaus (brons, zilver of goud). Een onafhankelijke organisatie beoordeelt jaarlijks of een restaurant of hotel voldoet aan de gestelde eisen. Het stimuleert deze bedrijven om de hoeveelheid verpakkingsafval, energie- en waterverbruik sterk terug te dringen. Dat is een win-win situatie die ook extra (milieubewuste) klanten trekt.


Er is zelfs een heuse internationale norm ontwikkeld, de ISO 26000 en in Nederland de MVO-prestatieladder. Die laatste wordt gecertificeerd , maar de ISO norm nog niet. De MVO prestatieladder kent vijf niveaus . Bij instapniveau 1 gaat een onderneming inventariseren waar het eigenlijk staat op mvo-gebied en verricht een nulmeting. Een belangrijk onderdeel daarbij is een breed onderzoek naar de stakeholders van de onderneming. Je gaat bij de eigen klanten, leveranciers en eigen personeel navragen wat men verwacht van de onderneming op het gebied van duurzaam ondernemen. Op basis daarvan ga je als management mvo-doelstellingen formuleren. De verschillende niveaus stimuleren bedrijven de lat steeds hoger te leggen.
In 2011 hebben ik twee studenten Saskia van Dal en Chris Boer van de Fontys opleiding Technische Bedrijfskunde mogen begeleiden om een MVO-afstudeeronderzoek uit te voeren bij het bedrijf Lightronics.
Het bedrijf Lightronics is een fabrikant en leverancier van verschillende soorten slagvaste lichtarmaturen, vaak Ledverlichtingen, voor de openbare ruimte. Het bedrijf is in 1946 opgericht en bestaat momenteel uit 55 medewerkers. De klanten van Lightronics zijn overheden, installateurs en woningbouwverenigingen. Openbare verlichting is in het belang van de verkeersveiligheid en gezichtsherkenning, waarbij energiezuinigheid belangrijk is en zonder al te veel lichtvervuiling. MVO is belangrijk voor Lightronics om daarmee hun onderscheidend vermogen te vergroten, te besparen op grondstofkosten en energieverbruik. De resultaten hebben er uiteindelijk toe geleid dat het bedrijf de certificering volgens de MVO-prestatieladder heeft verkregen.
Zie ook http://bedrijfskunde-economie.blogspot.nl/2012/10/lightronics-en-de-mvo-prestatieladder.html

Op een andere manier ben ik als stakeholder betrokken geweest bij het bedrijf Moonen Packaging die ook gekozen heeft voor de mvo-prestatieladder en later zelfs uitgeroepen is tot groenste bedrijf van Nederland.


In de bouw werkt men met energielabels en energieprestatie coëfficiënten. Zo is BREEAM-NL een keurmerk voor de duurzaamheidsprestatie van nieuwe gebouwen. BREEAM stelt een standaard voor een duurzaam gebouw en geeft er een prestatieniveau aan van 1 tot 5 sterren.