In retrospectief.
Toen ik begon met mijn studie Technische Bedrijfskunde aan de toen nog Technische Hogeschool van Eindhoven (later Technische Universiteit geheten) was mijn belangrijkaste drijfveer een groot interesse en vooral ook nieuwsgierigheid om dingen te leren die de wereld en de economie zouden gaan helpen.
Geboren in 1955 in Zuid-Limburg heb ik de “Flower Power-tijd” van redelijk nabij meegemaakt met als meest prominente boegbeeld Roel van Duyn en zijn Amsterdamse kabouters beweging en de massale demonstraties tegen kernenergie en tegen de oorlog in Vietnam. Mijn drie jaar oudere broer was een actief deelnemer en verweerde zich ook tegen militaire dienst .Hij deed dat door als gewetensbezwaarde erkend te worden en kreeg daarmee het label S5 opgeplakt en moest vervangende dienstplicht doen. Mij bleef datzelfde traject bespaard omdat ik een zwakke rug had werd ik met een dubbele scoliose meteen naar huis werd gestuurd.
Het was een roemruchte tijd met veel grote demonstraties en een opkomende tegencultuur met langharige jeugd en kleurrijke jongeren, die “Love &Peace Not War’ verkondigden in de stijl van de Beatles. De grote muziekfestivals met moderne elektrische geluiden vulden alle radio’s en platenspelers en kon je zien op het legendarische Woodstock en dichterbij het jaarlijkse meerdaagse popfestival met topbands op Pinkpop.
Niets was voor de nieuwe generatie meer vanzelfsprekend : de overheid, de wetten en oude gewoonten . We wilden alles opnieuw onderzoeken en eigen keuzes maken. In ons gezin gingen de gesprekken vaak over politiek, maar waren wij als kinderen niet zo overtuigd van de grote rol en weldadige invloed van de overwinnaars van de Tweede Wereldoorlog,de VS.
De geallieerden waren “onze bevrijders “ zei mijn vader dan altijd . Wij opperden daartegen dat ze later in het geheim kernwapens hadden gestationeerd in Nederland (op het militair vliegveld in Volkel en Woensdrecht naar alle waarschijnlijk zo heeft oud premier Ruud Lubbers ooit laten doorschemeren).
Tegendraads en recalcitrant werd ik toen genoemd en dat klopte ook wel enigszins, maar niet uit balorigheid of stuursheid maar om nieuwe wegen in te slaan. Wij zagen toen al de gevolgen van het neo-liberalisme en het vrije kapitalisme, dat de wereld eenvormig en zeker ook de wereld grote schade berokkende.
Ik zocht mijn toevlucht tijdens de studie in wat toen de kleinschaligheidsbeweging heette met als grote boegbeeld de Oostenrijkse Econoom E.F.Schumachter , die de meeste mensen kennen van zijn wereldberoemde boek “Small is beautiful . De TU/e had zelfs een vakgroep aangepaste (kleinschalige) technologie waar geëxperimenteerd werd met kleine windmolens en aangepaste landbouw- technologie. Het Nederlandse windmolenbedrijf Lagerweij is daaruit voortgekomen, maar heeft haar dominante marktpositie verloren aan Deense bedrijven. Zelf was ik ook een regelmatige bezoeker van de Kleine Aarde in Boxtel, waar je de resultaten van alternatieve technologie in het echt kon zien werken . Kleine verschillende typen windmolens, houten gebouwen waar ook stro en vlas en leem in de muren waren verwerkt , compost-toiletten, scheiden grijs-afval en drink-water en de eerste zonnepanelen. Sietz Leeflang en zijn stichting (en tijdschrift) De twaalf Ambachten, was de milieuactivist en uitvinder pur sang, die veel voor de Kleine Aarde in 1970 heeft betekent.
Hier leefde het gevoel dat we de zaken in het leven en in de samenleving heel anders moesten gaan aanpakken om mondiale problemen van watertekort, vervuild water en vervuilde lucht en ook vervuilde aarde moesten proberen te voorkomen. Minimaal gebruik van cement, plastic en andere materialen was het devies en zij toonden aan dat het kon.
Mede hierdoor geïnspireerd maakten we met een klein groepje Tu-studenten een kleinschaligheids-tenstoonstelling en bijbehorend boekje om studenten en publiek te laten kennismaken met soortgelijke initiatieven, zoals in kleinschalige initiatieven binnen de “gezonde” biologische en biologisch-dynamische landbouw, kringloopwinkels en gezonde eetwinkels.
Daarnaast was ik ook actief in het STOK (Stichting Onderzoek Kleinschalige initiatieven) en heb ik een artikel gepubliceerd over de ongelijke behandeling van reguliere en alternatieve landbouw. Later ben ik nog een paar jaar kredietadviseur geweest van Memomunt, een kleine club uit Amsterdam en tegenhanger van de Triodosbank in de beginjaren. Zo kwamen we in het hele land bij kleinschaligheids-initiatieven en probeerden we ze financieel te steunen en professioneel te adviseren.
Zelfs de oprichting in mijn studententijd van een Bedrijfskunde wetenschapswinkel waaraan ik heb meegewerkt was een signaal naar de buitenwereld. We wilden niet alleen bedrijfskundige adviezen geven aan grote multinationals als Shell, Hoogovens, DAF en Philips maar juist ook aan maatschappelijke en kleinschalige initiatieven. De hooggeleerde heren vonden het niet leuk en zagen hun lucratieve broodwinning als goedbetaalde adviseurs in gevaar komen. Het 25 jarig jubileum werd gevierd en dient als teken dat het kennelijk jarenlang in een echte behoefte voorzag.
Een jaar lang heb ik na mijn studie deelgenomen aan een adviesclub Commentor en adviseerde ik ook aan kleinschaligheidsinititatieven als Groothandel Piramide, het Zeeuwse en oudste BD-bedrijf Loverendale, groothandel Akwarius in Lelystad. Toch was daar geen economische basis voor mij weggelegd, daarvoor was “dit wereldje” nog te klein.
Als afgestudeerd Technisch Bedrijfskundig ingenieur ben ik na enige jaren te hebben gewerkt aan de Bedrijfskunde faculteit van de Erasmus Universiteit weer mijn studiestek van Eindhoven opgezocht en ben ik gaan werken voor de studierichting Technische Bedrijfskunde van Hogeschool Eindhoven (het latere Fontys) . Daar heb ik vanaf 1991 ruim drie decennia lesgegeven in Duurzaam Ondernemen, Maatschappelijk Verantwoord ondernemen (MVO), circulaire economie en ethiek en twee boeken gepubliceerd o.a. Solidaire Economie.
Een kleine vijftig jaar geleden had ik samen met een klein groepje geestverwanten, het vermoeden dat het anders moest, minder grootschalig, minder vervuilend en zagen we de opkomende ellende van plastic , kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen steeds verder toenemen. De schadelijke uitstoot van fijnstof en kooldioxide van brandstoffen was een toenemende zorg.
Dat een middelbare schooljongen Boyan Slat hiertegen iets wil ondernemen is fantastisch, maar als er op wereldschaal geen halt wordt toegeroepen tegen koolwaterstoffen en plastics is het tevergeefs dweilen met de kraan open.
We weten pas sinds kort van het bestaan van microplastics en hun schadelijke aanwezigheid in iedere cel van ons lichaam. Datzelfde geldt voor Pfass en ook pesticiden zoals Glusofaat (het beruchte Roundup van Monsanto (nu Bayer)) en andere chemische bestanddelen. Hoezo hebben we decennialang sterk vervuilende industrieën zo maar hun gang kunnen laten gaan. Milieuwetgeving was er alleen op papier, maar werd nauwelijks of niet gehandhaafd. Hoezo heeft Schiphol geen natuurvergunning? Kan Hoogovens (nu Tata Steel ) zelf milieumetingen en monsters nemen en zo de omgeving jarenlang een verkeerd beeld voorspiegelen.
Hebben jarenlange bemoeienis van milieuministers en landbouwministers en hun ministeries enig effect gehad op het verbeteren van de afval- en milieuproblematiek van de intensieve landbouw? Nu opeens de CO2 normen worden overschreden, dreigen er drastische maatregelen en kan de hele sector opdoeken?
Voedsel is net als schone luncht en gezond drinkwater een basisvoorziening. Dat moet op een verantwoorde manier gebeuren , lokaal bij ons zelf !
Het lijkt of we na een winterslaap van decennia opeens wakker schrikken en nu opeens alles verbieden: vervuilende industrie, intensieve landbouw, wegen- en woningbouw, luchtvaart en brandstofauto’s. Het is een teken aan de wand dat nog maar vrij kort bestaande plastic-recyclefabrieken vrijwel allemaal failliet gaan en daarmee hun kennis verdwijnt en de afvalberg alleen maar groter wordt of de afvalovens opnieuw moeten gaan opstoken?! Jarenlang hebben we bedrijven hun gang laten gaan. Waren wij te goed van vertrouwen of gewoon laks? Alle toevoegingen in ons water en lucht en voedsel zouden toch gemonitord moeten worden op schadelijkheid, giftigheid voor mens en natuur?
Pas een paar jaar geleden is de EU ermee begonnen om in het kader van het project REACH een inventarisatie te maken van schadelijke stoffen . Te beginnen met stoffen die in volume of gewicht enorm zijn . We kennen de eigenschappen van deze stoffen kennelijk nog niet en het bedrijfsleven mag het gewoon gebruiken?
Zijn we bij voedingsmiddelen strenger dan bij andere gebruiksproducten? Waarom zit er al jaren teveel suiker en zout in ons bewerkt voedsel ? Wie kent alle e-nummers op de etiketten en weet nog of iets genetische gemanipuleerd is of niet.?
Hoezo ongeteste vaccins inspuiten in mensen en kinderen, zonder dat de veiligheid en effectiviteit grondig zijn vastgesteld door onafhankelijke wetenschappers. Laten we dat de farmaceutische bedrijven zelf doen? Die er grote sommen geld mee kunnen verdienen en tegelijkertijd juridische immuniteit eisen? Dat is toch vragen om problemen!?
In gesprekken met mensen bespeur ik de laatste jaren een toenemende pessimistische stemming . Men ziet het niet meer zitten? Het ene na andere hoofdpijndossier komt bovendrijven van de ellende van de gaswinning in Groningen , tot de mijnschade in Limburg, de toeslagenaffaire bij een grote en kwetsbare groep ouders en kinderen, het UWV –debacle met verkeerd toegekende WIA- en Wajong-uitkeringen , de problemen van discriminatie bij het overheidsbureau Duo bij de toekenning van studiebeurzen en –leningen??!! .
De jaren van politieke wijsheid en respect lijken ook uit lang vervlogen tijden. De grote politieke verschuivingen de laatste jaren zijn geen geruststelling. Steeds meer nieuwe partijen (of bewegingen) maken het regeren steeds moeilijker voor de langere termijn .
De vernieuwende ideeën van de ooit op kleine schaal begonnen Kleine Aarde hebben de tijd goed doorstaan. Er zijn veel initiatieven uit ontstaan en een composttoilet is niet alleen een nuttig gebruiksvoorwerp in Camper of Caravan, maar worden in de toekomst met steeds schaarser wordend drinkwater een grote markt. Het scheiden in twee circuits van regen- afval- en drinkwater vinden ook steeds meer ingang in bedrijfspanden en gebouwen en huizen. Groene of sedumdaken zijn ook steeds gewoner geworden. Bouwen met hout en andere natuurlijke (isolatie-) materialen neemt ook gestaag toe . Steenwol en of vlaswol zijn goede vervangers voor kunststof isolatiemateriaal ondanks het prijsverschil.
Inmiddels heb ik al een paar jaar de pensioengerechtigde leeftijd bereikt en vraag ik me weleens af. Heeft het zin gehad? Wat hebben we fout gedaan? Waar kunnen we hoop uit putten? Er zijn bruikbare alternatieven voor veel schadelijke zaken en die moeten we hoe dan ook stimuleren om de mens, het milieu, de natuur , het ecosysteem te beschermen of minimaal te belasten. De Cradle to Cradle visie van de Duitse chemicus Braungart en de Amerikaanse architect McDonough hebben voor een grote doorbraak gezorgd en veel optimisme opgeleverd. Zij hebben hele productieketens doorgelicht en tot op de draad uitgeplozen en gezonde duurzame alternatieven opgeleverd. Zie ook bedrijfskunde: Cradle to Cradle heeft de toekomst (fontysduurzaam.blogspot.com)
We moeten geen producten op de markt brengen als we niet weten waar we de grondstoffen vandaan halen en wat we met de afvalberg later moeten doen. Dat geldt voor windmolens, zonnepanelen en elektrische accu’s alsook alle elektronische producten. De economie moet zeker circulair worden met maximaal en volwaardig hergebruik van grondstoffen. We moeten streven naar duurzame energiebronnen om kolen, veen, benzine en later ook olie en gas te kunnen vervangen . Het vernuft en de technologische kennis is groot en moeten we aanwenden. De menselijke wil is er zeker!
We moeten streven naar natuurlijke lokale producten in plaats van chemische additieven.
Het terug naar de natuur idee werd lange tijd als lachwekkende “ end of the road" afgedaan.
Geen 5G –installaties als niet heel zeker is aangetoond dat de masten en hun straling niet schadelijk zijn voor de natuur, milieu en mens.
Persoonlijk ben ik erg blij dat ik decennia gewerkt heb met een nieuwe generatie jongeren die wel bereid zijn om verder te kijken. Gelukkig zijn er veel projecten ontstaan op Hogescholen en Universiteiten waar duurzame alternatieven voor een huis, voor een vliegtuig, voor een auto werden ontwikkeld . Denk aan Lightyear, Noah , Stella en nog vele andere voorbeelden.
Van de overheid moeten we het niet hebben. Daar zitten geen leiders maar volgers zei de conferencier Pieter Derks op oudejaarsavond 2024! Vanuit het bedrijfsleven hoef je ook geen revolutionaire veranderingen te verwachten , zij houden liever van de statusquo en stabiele aandelenkoersen en omzetten. Zo hebben autofabrikanten in decennia nauwelijks hun nieuw typen wagens zuiniger wat brandstof verbruik gemaakt. Dat was niet in hun belang. Wel is er veel geïnvesteerd in luxe, extra’s en veiligheid!?
Studenten hebben niets te verliezen en zijn zelfs bereid om een jaar hun studie stop te zetten en mee te doen in speciale ontwikkelteams. Daar komen wel revolutionaire vernieuwende producten uit. Zie bedrijfskunde: Gaan Noah en Lightyear One de wereld redden? (fontysduurzaam.blogspot.com)
De jonge generatie heeft het vizier op de toekomst gericht en zien ook het belang in van noodzakelijke veranderingen voor de wereld en de samenleving. Boyan Slat is een bijzonder voorbeeld die tot ieders verbeelding spreekt. Zo hebben we veel meer mensen/studenten nodig en vooral ook Student Challenges.
Een mooi voorbeeld is de prijsvraag die Elon Musk een aantal jaren geleden in het leven riep voor de studentengroepen maar ook bedrijven, die het beste ontwerp maakte voor de Hyperloop. Dat is een soort vacuumbuis waarin een capsule met passagiers met een hoge snelheid een grote afstand kunnen overbruggen. Een heuglijk feit was dat het juist een Nederlandse studentengroep van de Technische Universiteit Delft was, die won en daardoor hun ontwerp ook mochten testen op een proefbaan. Jonge mensen hebben het vermogen om vrij te denken en los van de gebruikelijke belemmeringen met oplossingen te komen. Geef ze vrij baan.
Problemen of beter uitdagingen hebben we genoeg. Wat te denken van het hergebruiken en liefst “ upcyclen” van technisch en economisch afgedankte wieken van de moderne windturbines . In de VS vind je gewoon begraafplaatsen voor deze zeer lange elementen ? Dat is geen duurzame oplossing toch? Hetzelfde geldt voor afgedankte zonnepanelen die nu maar gewoon verbrandt of vernietigd worden in plaats van ze te kunnen hergebruiken. Bedenk hoeveel panelen dat zullen zijn over tien of 20 jaar? Hoeveel zeldzame metalen daarmee verloren gaan.
Een ander probleem/uitdaging is de brandgevoeligheid van zonnepanelen en accu’s van elektrische voertuigen. Als accu’s eenmaal vlam vatten duurt het zeer lang, voordat ze “uitgebrand” zijn. Recent is dat nog gebleken in overdekte garages en ook bij een schip op zee voor de Nederlandse kust met aan boord honderden gloednieuwe Chinese auto’s die vlam vatten . Pas na een week hield het rookpluim ermee op . Voor de brandweer is het extra moeilijk blussen als er zonnepanelen liggen op de daken van nieuwere huizen. Daar hebben de panelen-ontwerpers nooit vooraf aan gedacht. Dat ging juist alleen om een zo hoog mogelijke elektrische opbrengst en rendement bij een zekere lichtinval.
Zo kan ik nog wel meer akkefietjes noemen. Wat te denken van microplastics in het milieu en ook in het menselijk lichaam? De sinds kort alarmerende situatie met Pfas in ons water, onze lucht en op en in de aarde?
Wie neemt het initiatief om studenten-challenges nieuw leven in te blazen , niet alleen met vernieuwende consumenten producten, maar ook rondom nieuwe eigenschappen bij bestaande producten of het verminderen en zelfs uitbannen van gevaarlijke stoffen.
Laat de overheid het initiatief nemen om dergelijke prijsvragen uit te schrijven en een leuke beloning in het vooruitzicht te stellen? Of miljardairs die hun geld goed willen besteden aan een of meerdere goede doelen? Het bedrijfsleven kan ook faciliteiten beschikbaar stellen en hogescholen en universiteiten leveren aanvullende deskundigheid.
Let’s Go !